Via Podiensis extra, dag 67



De etappe Saint-Jean-Pied-de-Port naar Roncesvalles is met stip de mooiste caminoroute die ik al deed. Vergelijkbaar met de Quercy of de Aubrac, het Centraal-Massief, maar deze eerste etappe van de Camino francés (zie 15/09/2021) wilde ik wel eens opnieuw doen omdat ze er met kop en schouders bovenuit steekt door de oneindigheid, fauna, flora en de variatie (aan de Franse kant groene weiden, aan de Spaanse kant bossen).

Daarenboven zat het weer ook bijzonder mee. Door de regen van de afgelopen dagen en de zon van vandaag was het landschap bedekt met 'une brûme' die de hele dag bleef hangen. Dat leverde prachtige foto's op, vooral vanaf het moment dat de route boven de nevel uitkomt. 

Foto's van vandaag: 

https://photos.app.goo.gl/E6rc6UXtnEXBuNA19




 

Podiensis dag 66


De Pyreneeën, Baskenland, Neder-Navarra, Saint-Jean-Pied-de-Port, of Donebani Garazi in het Baskisch... vandaag bereiken we (en die 'we' is geen pluralis majestatis maar modestiae) het officiële einde van de Via Podiensis, la voie du Puy (en Velay). 


Na een uurtje door bospaadjes 'ploeteren' is de 'stèle de Gibraltar' in zicht, de plek waar drie van de vier grote Franse camino's (Tours, Vézelay en Le Puy en Velay) samenkomen en waar deze tocht officieel eindigt. 

De weelderige panorama's worden door de motregen (de zirimiri duurt nu al de hele dag) aan het zicht onttrokken. Toch valt er van het weelderige groen, de runder- en brébisboerderijen (een mouton is hier een gecastreerde ram), de honderd rivieren en fonteinen, weilanden, loofbossen... goed te genieten. Toch zal ik 'la boue' (modder) nog lang onthouden. 

Na 35 km, aan de Porte de St-Jacques, is de Via Podiensis afgewerkt. Ook het hoog gelegen en ommuurde Saint-Jean-Pied-de-Port is een van 'les plus beaux villages de France'; 


tegen de avond lopen hier weer tientallen nationaliteiten rond, met veel te zware rugzakken, nog glimmende schoenen en nog naar wasmiddel geurende kleren.   


Voor morgen kondigen ze 22° aan (zonder neerslag!!!) en dat is ideaal voor een extraatje: de koninginnerit over de Pyreneeën naar Roncevaux/Roncesvalles in Spaans Baskenland. Afstand 24 km waarvan 1250 meter klimmen en 480 meter dalen. Met unieke vergezichten van op de Lepoeder-col op 1430 meter hoogte. Mooier wordt het niet. 

Enkele ruwe cijfers om af te sluiten:
66 dagen, 1700 km
Gemiddeld 25 km/dag, max. 36,6 km
Izegem-Vezelay: 275 km (11 dagen)
Vezelay-Le Puy en Velay: 650 km (25 dagen)
Le Puy en Velay-Saint-Jean-Pied-de-Port: 775 km (30 dagen)


Podiensis dag 65


Vandaag staat Frans-Baskenland op het programma. Net zoals Noord-Spanje is deze streek mooi groen en dat heeft zo zijn redenen. 


Het miezert de hele voormiddag (zirimiri noemen de Basken dat) en volgens Fernando, een Spanjaard met wie ik een koffie drink op het enige maar originele terrasje in 30 km (een woonwagen waarin je zelfs even kunt gaan liggen), is dat de reden waarom de wijn hier geen aanrader is; té veel water het hele  jaar door. 


De route naar Saint-Palais loopt langs bospaadjes maar de de terrasmadam verwittigt ons dat er erg veel modder ligt en dat sommige paden zelfs onder water staan. Bovendien is het via de départemental maar 12 km naar St-Palais (Donapalau in het Baskisch) i.p.v. 20. Dat kan tellen. 


Ik overnacht er in een Franciscanenklooster met een grote plantentuin. 't Is just' entwa voor 'em, hoor ik Chr. al zeggen. Inderdaad, de 'cel' waar ik slaap, doet me aan mijn jeugd bij de Paters Kapucijnen denken.

Saint-Palais was de hoofdstad toen Navarra nog een koninkrijk was. Hier werden 4 eeuwen lang 'munten geslagen'. 


100 m verder rechtover het Palais de justice staan er gezichten op een gevel gesculpteerd. 

Recht tegenover dat gebouw vragen we in ware 'In de Gloria'-stijl aan drie verschillende lokale voorbijgangers of ze 'la monnaie' weten zijn. Geen van de drie... 'La maison noble avec têtes sculptées sur la façade' dan misschien? Ook niemand. Nooit van gehoord... We staan er verdorie bij! Fernando en ik kunnen met moeite ons gegiechel onderdrukken.  Dit is onontgonnen terrein voor een sketchprogramma... 

Maar kom, 't is Camino... Morgen 32 km naar Saint-Jean-Pied-de-Port... 




Podiensis dag 64


Het landschap en vooral de Pyreneeën zijn de hoofdrolspeler vandaag. 


We doorkruisen de machtige vallei van de Gave de Pau en het grondgebied van de Béarn, de hele dag komen de toppen van de Pyreneeën dichterbij.


Op een tocht van 32 km trappen we 1100 hoogtemeters, t.t.z. 510 stijgende en 590 dalende, vooral wegens de opeenvolgende hellingen. 


De kuiten hebben de ene nog niet verteerd of daar ligt de andere helling al te grijnzen. 


Toch ligt Navarrenx slechts op zowat 200 m boven zeeniveau. Verrassend als je al die bergtoppen hier ziet. Het is vooral de Pic du Midi (d'Ousseau) die met een bijna 3000 meter opvalt. 

Het stadje Navarrenx speelde een leidende rol in de godsdienstoorlogen van de 16e eeuw, is helemaal ommuurd en charmant, misschien behoort het daardoor al tien jaar tot 'Les Plus Beaux Villages de France'. 


Het weekend, hoewel het op de Camino alle dagen weekend is, inzetten doe ik met Bruno (kijk eens wat ik drink...) en daarna avondmaal in de albergue. 

Podiensis dag 63


Bij het verlaten van Arzacq breekt de zon door de wolken. 'Eindelijk een dag zonder regen', is de eerste en meest gehoorde opmerking in pelgrimland en daarbuiten. 


In de Béarn voel je stilaan dat de Pyreneeën naderen: op 30 km zijn er 990 hoogtemeters (480 ↗️ en 510 ↘️) waarvan de afdalingen de lastigste zijn. 


In een stemmig en typisch Baskisch (halle)kerkje in een onooglijke dorp met een onuitspreekbare Baskische naam, brand ik twee kaarsen, een voor tante MR en een voor schoonmamamaria. 

Ik eet er mijn lievelingsgerecht op de Camino: roggebrood, olijfolie, avocado en radijzen. 

In Arthez, een langgerekt en rustig dorp, hoog gelegen aan de rand van het plateau met een immens zicht op de Pau-vallei (die we morgen moeten oversteken) en met helemaal aan de horizon de 'echte' Pyreneeën, is er in de albergue geen avondmaal. In het dorp ga ik dan maar een frietje stekken. Groot is mijn verwondering over wat er op mijn bord te voorschijn komt. 


Of dit soms frieten zijn van bataat (zoete aardappel), vraag ik nog onschuldig. Neen, dat is hier altijd zo, is het antwoord... Niet dat ik frieten verwacht zoals in Etxebarri (een van de beste restaurants ter wereld, hier in de streek) maar hoe kun je nu frieten zo verkl... (excuse-moi le mot). Ik heb ze laten staan en ben vertrokken zonder betalen... Dan wordt het maar een afhaalpizza voor in de albergue. 


Maar onderweg stoot ik op een mobiele oesterbar uit 'le bassin d'Arcachon', ergens rond Bordeaux. Terwijl ik aanschuif raak ik aan de praat met twee locals, Roland en Marie-Christine (niet te verwarren met Andy uit Little Britain). 


Ze trakteren me op een assiette de la mer. Of hoe een tegenslag nog goed uitdraait. Tegenslag is ook slag....

Podiensis dag 62


Bij het verlaten van de albergue bots ik op de Israëliër Avi, Hebreeuws voor Abraham. 

Samen lopen we tot een stuk na de middag door dit gedeelte van de Pyrénées-Atlantiques en we gaan geen enkel onderwerp uit de weg, ook de Israëlisch-Palestijnse kwestie niet. Niet alle Israëliërs staan aan de kant van Netanyahu, zoveel is zeker. 


Bij een koffietje bij een lokale bakker die nog brood in een houtoven bakt, splitsen onze wegen. 

Het landschap blijft eentonig: landbouwgebied en bos, geen van beide kan me echt bekoren; ik word blijkbaar een oude knar. Of het moet zijn dat de regen aan de moraal vreet. Nog maar eens een regenbui en dat betekent ploeteren door de modder.


Geen risico dit keer, de wandelstokken doen hun werk om val- en glijpartijen te vermijden.

Het departement Pyrénées Atlantiques bestaat uit twee entiteiten: het historische graafschap Béarn en Baskenland. Hoewel we nog niet in Baskenland zijn, leeft hier toch al de Baskische cultuur. Het enige wat je hoeft te doen is de naam van dorpjes lezen, iets waar de Fransen een zere mond van krijgen. 

In Arzacq-Arraziguet, een stadje van duizend inwoners dat zich uitstrekt over twee grote pleinen, verblijf ik in de gemeentelijke herberg, gerund door een Cht'i. Het avondmaal is lokaal: paté met wortelen, axoa (een Baskische gyros) en bioyoghurt.


De avond sluiten we af met Panpy (Baskisch voor Jean-Pierre) en Benoît, een Waal die blij is dat hij z'n Nederlands eens kan oefenen. Het gespreksonderwerp? Ge moogt één keer raden...

gîte met witte aronskelken



Podiensis dag 61


Dinsdag 21 mei 2024

Op de tgv slingeren de emoties heen en weer tussen ontdekking en avontuur enerzijds en daar blijven waar mijn hart is anderzijds. Verstand en gevoel dus. Ratio en emotie. De hersenen en het hart... Er zijn hele boeken en filosofische traktaten over geschreven maar net zoals een foto of film nooit de grootsheid van de natuur kan weergeven, kan ik het gevoel bij 'vertrekken' ook in woorden niet helemaal vatten. 

Onderweg naar Toulouse besef ik dat je als mens maar in één dimensie kunt leven. In het verleden, in de toekomst of in het nu. Immers, daar waar je gedachten zijn, daar ben je zelf. 

Deel 1 van deze Via Podiensis dateert van 2022: Doornik, Reims, Troyes, Vezelay (de Morvan) naar Le Puy en Velay om van daaruit de wondermooie GR65 (doorheen de Aubrac en de Quercy) te stappen. Het is tijd om dat traject dat in oktober '22 na 2 maanden stappen in Nogaro onderbroken werd omdat de albergues begonnen te sluiten en het te herfstig werd, af te werken.

Bij aankomst in Toulouse staat mijn caminamigo Michel me op te wachten. Morgen brengt hij me naar mijn startplaats (Nogaro) waar ik de Via Podiensis verderzet, maar vanavond trakteert hij me op een ambachtelijke cassoulet, Bretoense cider met boekweit, kaas natuurlijk en een riz au lait als dessert. 


Woensdag 22 mei 2024

Tijdens de rit van anderhalf uur (Toulouse-Nogaro) krijgen we nog een fikse regenbui op ons dak en daarna verdwijnen de donkere wolken voor de rest van de dag. Intussen zijn de paadjes herschapen tot modderpoelen en dat is op z'n minst 'ongemakkelijk' om te stappen. Of, voor wie overmoedig is, zelfs redelijk gevaarlijk... 


'Vertragen? Dat is voor beginners...'

'Wegglijden? Dat is voor stappers met slechte schoenen ...'

'Wandelstokken uithalen? Zo erg is ' t toch niet...'

Was het niet Sophocles die zei dat koppigheid vaak ten val brengt? Ook al bedoelde hij het niet zo letterlijk, boontje komt altijd... enz. Omdat de zon er eindelijk door komt, zijn de modderbroek en dito rugzak tegen de middag opgedroogd en in de Armagnacvelden is de glijpartij alweer een anekdote voor aan tafel in de Auberge des pèlerins. 


Over het landschap valt er verder niet veel te vertellen. Deze streek, de Gascogne (vroeger Languedoc) mag dan wel gekend zijn voor foie gras, corrida's, armagnac en poule au pot (geïntroduceerd door Henry IV die hier regeerde toen hij koning was van Engeland en dit deel van Frankrijk) het blijft een landbouwgebied met veel bos, en dus modderpaadjes. 


Tijdens het avondmaal in de auberge zitten we met twintig aan tafel voor de pegrimsmenu (soep, linzen, kaas en chocomousse): 16 Fransen, 2 Duitsers, 1 Amerikaanse en een Vlaming. 

Alle foto's van dag 61: https://photos.app.goo.gl/p8yVqzifgkJANoMz9

Via degli Dei, dag 6: San Piero a Sieve - Firenze

( Kunstwerk: de Via degli Dei, vrij als een vlinder)  De zon geraakt er niet door vandaag maar met slechts één bui is dit een va...